Getting my Bali on
Door: Laurens Porschen
Blijf op de hoogte en volg Laurens
12 Juni 2011 | Indonesië, Sanur
7 juni: Overdag heb ik mijn laatste blog gedaan, maar 's avonds ben ik nog naar het Ramayan Open Air Ballet (jaja, Laurens doet cultureel) geweest bij de Prambanan tempels. In de buurt van Yogjakarta (waar ik toen was) zijn 2 grote tempels; Borobudur en Prambanan. Borobudur deed ik met een tour, maar ik had van Luke en Poppy in Pangangdaran gehoord dat er een open air ballet show was met Prambanan in de achtergrond, en zij vonden dat erg mooi, dus heb maar besloten om Prambanan op deze manier te bekijken. 'S avonds heb ik de bus naar Prambanan gepakt, en toen ben ik naar de daadwerkelijke voorstelling gelopen. De plaats voor de voorstelling was wel echt mooi; zo'n 50 meter verderop zag je de 3 hoofd ''stupa's'' van de Prambanan tempel (verlicht), en de show zelf vond plaats op een soort grote dansvloer met colosseum-achtige stoelringen eromheen. De show zelf was niet echt ballet (gelukkig), maar meer allerlei uitgedoste karakters welke op en af kwamen om het verhaal te vertellen. Continue speelde er een orkest om het verhaal te onderbouwen, en het geluid (en ook de belichting) was echt goed waardoor het echt een mooie show was. Het verhaal was echter bizar complex, met personages die van karakter wisselen, uit-de-dood-herezen heldenapen en Goden die zich in mensvorm konden toveren; om eerlijk te zijn snapte ik totaal niet wat er nu precies gebeurde. Maar de show was erg indrukwekkend, en de setting met Prambanan droeg daar ook aan bij, dus ik was wel blij dat ik was gegaan. Later ben ik weer op huis aan gegaan, nog even gedag gezegd tegen Juliette en Steve, en toen op bed aan gegaan.
8 juni: 'S ochtends rustig aan ontbeten, en daarna opgepikt door de tour organisator om naar Gunung Bromo te gaan. Het werd dan ook weer een dagje busreizen aangezien het een endje weg was. Onderweg leerden we elkaar een beetje kennen, en er was 1 Frans stelletje, 1 Oostenrijks stelletje (jawohl!), 2 Russische vrienden, en 1 Italiaans vrouwtje van 31 genaamd Roberta. Aangezien wij allebei alleen onderweg waren, en we ongeveer hetzelfde plan hadden om eerst Gunung Bromo te doen, daarna Kawah Ijen, en om daarna door te reizen naar Bali, besloten we maar om samen een stukje op te trekken. Ik had eerst plannen om zelf het hele stuk van Bromo via Ijen naare Bali te doen, maar onderweg in de bus las ik dat dat heel lastig te doen was. Toen de bus onderweg stopte, en de reisleider vertelde dat de mensen die alleen de Bromo tour deden (zoals ik) hier ook konden upgraden naar de Ijen tour en transport naar Bali, heb ik dat ook maar er bij genomen. 'S avonds werden Roberta en ik gedropt in Cemoro Lawang, het dorpje onderaan de vulkaan Bromo, en we hebben nog wat gegeten daar. We moesten de volgende dag echter om 03:30 op, dus we zijn maar op tijd richting bed gegaan.
9 juni: Om 03:30 werden we opgehaald, en we zijn eerst met een jeep een stukje de berg op gebracht. Het laatste stukje moesten we echter zelf lopen, wat volgens de reisleider erg simpel was. Roberta en ik zijn echter allebei niet in de beste conditie ooit, en het was dan ook nog een moeizame klim naar boven. Onderweg kwamen we allerlei Indo's tegen die aanboden om je per paard naar boven te brengen, maar we vonden het wel een uitdaging om het zelf te doen, en besloten dan ook om de paarden te skippen. Toen we eenmaal boven kwamen bij het viewpoint was het nog donker, en de zonsopgang hier zou spectaculair moeten zijn. En dat was het. Je zat hier redelijk hoog in te bergen, zonder licht- of luchtvervuiling, en dat was te merken toen de zon begon op te komen. Toen de zon nog net niet op was kon je echt een heel kleuren pallet zien; rood waar de zon bijna op was, meer richting orangje en geel naar boven, verder over in groen, blauw, donkerblauw, en daarboven was dan weer de zwarte sterrenhemel. Vanaf hier had je recht voor je een mooi uitzicht op het dal, met allerlei bergjes nog in de verte, en rechts van je zag je het landschap van de Gunung Bromo vulkaan. Deze actieve vulkaan spuwt continue rookpluimen uit, en aangezien hij zo af en toe nog weleens losgaat is het landschap onder de vulkaan dor en dood; in de verte zag je Bromo genesteld in een soort maanachtig landschap van as en zand, waartussen Bromo zelf heel stoer rookpluimen stond te blazen.
Nadat we genoeg genoten hadden van de zonsopgang hier was het tijd om terug te gaan naar de jeep, aangezien we nu echt naar de vulkaan zelf zouden gaan rijden. Na een enorm hobbelig en oncomfortabel ritje kwamen we aan in het maanlandschap waar we zojuist naar gekeken hadden, en werden we losgelaten om vrijuit het gebied te ontdekken. We hebben eerst een beetje rondgekeken en foto's gemaakt van het landschap, maar later besloten we naar de Bromo vulkaan zelf te lopen. Wederom waren hier de mannen met paarden, maar we waren inmiddels zo klaar met die gasten dat we er niet eens zin meer in hadden, dus we zijn maar weer op eigen houtje gegaan (zoals iedereen daar, overigens). Toen we eenmaal meer in de buurt van Bromo waren konden we zien dat er een pad naar de top was (zo hoog was hij niet), en dat je echt naar de rand van de vulkaan kon lopen; vet!!! Na een stukje doorwandelen, en een laatste paar helse minuten om de zanderige en wegslippende vulkaan zelf op te lopen was het dan zover; we stonden op de rand van een vulkaan, bitch. Dit was wel echt een supervette ervaring; de rand zelf was ongeveer een meter breed, en met 1 goede misstap zou je al er van af kunnen glijden en de echte vulkaan in kunnen glijden, dus voorzichtigheid was geboden. We konden het lava helaas niet zien door de rookpluimen, maar je kon het wel horen bewegen daar beneden, en dat gecombineerd met de rookpluimen die continue opkwamen, en het uitzicht vanaf hier maakte het echt tot iets heel bijzonders. Roberta had echter hoogtevrees, dus dit was wel een behoorlijke uitdaging, en dat was ook wel te merken. Als we foto's van elkaar gingen maken was het continue oppassen waar je je voet zette, en er waren redelijk veel mensen dus je moest ook steeds letten op wat de anderen aan het doen waren. Gelukkig was iedereen voorzichtig, dus uiteindelijk is alles soepeltjes verlopen, en na een uitgebreide fotosessie zijn we terug gegaan naar de jeep.
O ja, en als je denkt dat dit mooi klinkt op papier; wacht maar tot je de foto's ziet.
Na Bromo zijn we terug gebracht naar ons hostel, waar we nog even konden ontbijten, onze spullen konden pakken, en daarna op weg gingen naar Kawah Ijen. Dat was niet eens zo ver weg, maar aangezien de wegen echt rampzalig slecht waren in dit gebied konden we maar max 10 km per uur, waardoor het uiteindelijk vrij lang duurde. Onderweg zouden we nog stoppen bij een koffieplantage en bij watervallen, maar onderweg klapte er een band wat behoorlijk lang duurde om te repareren, dus helaas hebben we hier geen tijd meer voor gehad. 'S avonds zijn we afgezet bij een resort in het dorpje Ijen, waar de Fransen, de Oostenrijkers, Roberta en ik samen hebben gegeten, wat uiteindelijk ook nog best gezellig was. Wel voelde ik me een beetje out-of-place, aangezien ik veruit de jongste was, en dit niet helemaal de mensen waren waar ik graag samen mee reis, maar het was wel gewoon erg gezellig, dus voor een avondje was het wel te doen.
10 juni: Alweer een dagje vroeg op staan, deze keer om op weg te gaan naar Kawah Ijen; een schijnbaar prachtige berg met een sulphur (zwavelzuur?) lake in de krater. Wederom werden we met de jeep gebracht, en moesten we uitstappen bij een basis station. Vanaf hier moesten we nog een uur vrij steil omhoog lopen om bij het meer te komen, en aangezien Roberta en ik wederom de traagste waren hebben we dit maar samen gedaan. Het was weer flink bikkelen om boven te komen, maar onderweg kon je zo nu en dan aapjes zien, of een mooi uitzicht, en dat waren altijd goede momenten voor een rustpauze. Na ongeveer een uur lopen waren we eindelijk boven, en net als bij Bromo was dit heel erg de moeite waard. Ik vind het moeilijk om uit te leggen hoe Ijen was; het is een vrij grote vulkaan-achtige berg, met een heel groot turqoise meer in de krater. In het meer zit sulphur, wat zich afzette tegen de zijkanten en waar het concentreerde, en op deze plaatsen kon je hele donkergele, soms oranje gekleurde afzettingen van sulphur zien. Dit bijzondere kleurenpallet maakte dat het echt een uniek gezicht is. Het sulphur werd opgehaald door een soort mijnwerkers, die de hele dag op en af lopen om eerst de krater in te gaan om het sulphur te verzamelen, daarna naar boven lopen om de krater uit te gaan, dan de berg af om het ergens te droppen, en dan weer terug de krater in. Het zag er uit als behoorlijk zwaar werk.
Toen we eenmaal van bovenaf uitkijken op dit natuurschoon zagen we dat we ook zelf de krater in konden lopen om bij het meer te komen, en dat zijn we ook gaan doen. Het pad omlaag was verschrikkelijk, met kleine stenen die continue wegglijden, en steeds kleine hoogteverschilletjes waardoor je elke stap van tevoren goed moest plannen. Ik las in de LP dat hier een paar jaar terug een toerist uitgegleden en overleden is, en ik kon goed begrijpen waarom, dus ook hier moesten we erg voozichtig zijn. Na een lang stuk omlaag lopen kwamen we in de buurt van het meer, waar een mijnwerker mij mee vroeg om een ander meer avontuurlijk paadje te nemen. Klonk wel gaaf, maar Roberta wilde vanwege haar hoogtevrees geen spannende dingen doen hier, dus we zijn hier eventjes gesplitst. Die mijnwerker wist wel een leuk paadje, waar ik ook nog even langs de mijnwerkers hang-out ben geweest en met ze op de foto geweest, en uiteindelijk bracht ie me naar het soort strandje bij het meer zelf, waar die nog een paar foto's van me heeft genomen. Hierna volgde de lokroep ''Ruppee ruppee''; hij wilde er uiteraard geld voor, en 3000 ruppee (25 cent) vonden we allebei wel prima. Ik heb hier nog een beetje op eigen houtje rondgelopen, nog even mn vinger in het meer gedaan (was gek genoeg niet bijtend was maar wel gloeiend heet was, net-niet-kokend). Na even van het uitzicht hier genoten te hebben was het tijd voor de lange wandeling terug, en onderweg kwam ik nog 2 Nederlandse jongens tegen waar ik het eerste stuk mee gelopen heb. Roberta was inmiddels alweer terug richting het beginpunt, maar ik kwam het Franse stelletje op de rand van de berg weer tegen, en heb toen maar met hun het lange pad naar beneden afgewandeld. Eenmaal bij het basis station hebben we nog wat nagepraat, en toen was het tijd om te vertrekken richting Bali. Ik wist dat ik naar Bali wilde, maar om eerlijk te zijn had ik nog geen idee wat ik daar wilde doen, en Roberta vertelde van Ulu Watu, een schijnbaar erg mooie tempel in het zuiden van Bali, dus ik ben ook maar die kant op gereisd. We zijn gaan slapen in Sanur; zij in een duurdere met hot shower, ik en een goedkopere zonder. Het was een erg mooi plaatsje maar meer voor vakantiegangers dan voor reizigers, waardoor we ons allebei een beetje out-of-place voelden. Voor 1 dagje zou het echter wel ok zijn, dus voor nu zaten we hier prima.
11 juni: Roberta wilde vroeg op om een strand in de buurt te bekijken, en ik uiteraard niet, dus 's ochtends hebben we eigen plannen getrokken. Ik heb heerlijk tot 12:00 in bed gelegen, en ben daarna even rustig aan het kleine dorpje gaan ontdekken. Eerst even ontbeten, en daarna richting het strand gelopen; erg mooi, maar ik was niet echt in een zonbakmood, dus ben maar een stukje verder gaan lopen. In de LP las ik nog over een museum over een Belgische schilder die in 1932 oid richting Bali was gekomen, hier een meisje had ontmoet, en waar hij in de jaren daarna veel schilderijen van had gemaakt, en ik ben dit museumpje maar even binnen gestapt. Het museum was in het voormalige huis van dit stel, de Belgische Le Mayeur en het veel jongere (ze was 15 toen hij als 30 jarige oid ontmoette) Ni Polok, een Balinese danseres. De schilderijen waren wel erg mooi, met op de meeste Ni Polok, eventueel met vrienden, als modellen. Aangezien ik geen kunstliefhebber ben had ik hier echter niet heel veel te zoeken, dus na een half uurtje ben ik maar weer verderop gegaan. Ik ben nog even de boulevard afgelopen, een andere weg op terug richting het hotel, nog even geInternet, en als laatst even rondgevraagd bij een tour company welke mogelijkheden ik allemaal heb voor de Komodo eilanden. Ik heb de flyer op straat even zitten doornemen, en op dat moment liep Roberta langs, en toen was het tijd om op weg te gaan richting de Ulu Watu tempel, waar de zonsondergang erg mooi schjijnt te zijn.
We hebben een taxi gepakt naar Ulu Watu, en zijn daar even gaan rondlopen. De tempel had een erg mooie setting, op een hoge steile cliff met een woeste zee eronder. Het was 1 tempel met een soort complex van paadjes eromheen, en het was erg mooi om daar rond te lopen, en de zon langzaam langs de cliff in de zee te zien zakken. Wat echter minder mooi was, dat waren de brutale aapjes die daar rondliepen. Deze leken allemaal heel leuk en aardig, totdat er eentje zomaar besloot om mijn bril van mijn hoofd af te jatten. Daarna ging hij uitdagend op een soort paaltje zitten, waarna elke poging van mij om mijn bril terug te pakken werd beantwoord met een uithaal. Inmiddels hadden meer mensen het gezien, en probeerden anderen me te helpen, maar het aapje bleef mijn bril vasthouden. Na een tijdje sprong hij van de paal af, liep hij langs de cliff, en liet hij hier gewoon mijn bril van de cliff vallen. Hij had gewoon mijn bril gejat, en deze naar beneden gedonderd!!! Er gingen een paar Indo's kijken, maar m'n bril was op een soort ophoging gevallen, en leek nog ongedeerd. Een stelde voor om naar beneden te klimmen om te bril te halen, wat er heel erg gevaarlijk uitzag (1 misstap en hij zou op de rotsen in de zee vallen), en het ging me dan ook zo'n 40 eu kosten (voor hier heel veel geld). Een nieuwe bril zou echter nog veel meer kosten, dus ik heb hem het geld maar gegeven, en na wat levensgevaarlijke capriolen klom hij weer naar boven, met mijn bril helemaal intact. Phew.
Na dit avontuurtje hebben we nog wat rondgelopen, maar het meeste hadden we inmiddels al wel weer gezien, waardoor we later maar weer terug de taxi terug naar het hotel hadden gepakt. We hebben nog wat gegeten aan de boulevard, waar ik na 2 weken rijst met kip eens all-out ben gegaan en voor een heerlijk bord met mixed seafood (tonijn, gamba's en inktvis) gegaan, wat wel heel duur aanvoelde; 7 euro. Na eindelijk eens goed gegeten hebben hier in Indonesie zijn we terug gegaan richting het hotel, waar we later aan de praat zijn geraakt met nog 2 andere lone travellers. Eentje was een meisje uit Nederland wie nu in Madrid woonde, en die gewoon even een weekje wilde uitwaaien op Bali, en de ander was een meisje uit India die nu in New York woonde, en die ook een maandje in Indonesie aan het rondreizen was. Ik vond het best leuk, een tafel van 4 individuen, elk uit een ander land, zo samen pratend over wat zoal te zien en te doen hier in Indonesie. Het is dan ook nog relatief laat geworden (01:00), maar daarna was het weer tijd om op bed te gaan. De volgende dag zou Roberta richting Seminyak gaan en ik richting Ubud, dus we hebben elkaar nog even gedag gezegd, en toen was het bed tijd.
12 juni: Vandaag, maar vooralsnog niets spannends te melden. Weer tot 12:00 in bed gelegen, en de bus naar Ubud gaat om 14:00, dus ik had nu even niets te doen, vandaar dat ik dit verslag heb zitten typen. Duurt altijd langer dan een uur, dus je moet er even tijd vboor uit trekken, maar stiekem ben ik altijd weer trots als ik er weer eentje af heb, zoals nu!
-
12 Juni 2011 - 11:30
Dennis En Ilse:
Hahahaha wij hebben hier echt helemaal dubbel gelegen om het beeld van Porsgen versus klein schattig aapje met als inzet je bril. :P
Het wordt wel opvallend dat je elke keer met dames op stap gaat...
We zijn benieuwd naar het volgende verhaal en met welke vrouw/ meisje je dan weer aan komt zetten :)
-
12 Juni 2011 - 20:01
Carla Albers:
Hallo Laurens,
Leuk om je reisverhalen te lezen.Veel herkenbare dingen want wij zijn ook 4x op Bali geweest.Ik had je kunnen waarschuwen voor die rotaapjes,overal zie je petjes,kapotte brillen en tasjes liggen.Maar wat is het daar mooi he.Geniet nog even van de laatste dagen op Bali.Jij gaat dus naar Gili Trawangan het feesteiland.Het kleine eilandje ernaast Gili Air is fantastisch om te snorkelen of te duiken.Wat een mooie onderwaterwereld hebben ze daar.Geniet nog even van je vakantie in Indonesie en ik zou zeggen sampai ketemu lagi.(tot ziens) -
13 Juni 2011 - 11:42
Triqo:
Mooi verhaal weer, altijd goed bij tijdens de lunch met een bak koffie :)
Dat apenverhaal :D
-
13 Juni 2011 - 12:52
Laurens Porschen:
Ghehe, ben nu voor de verandering eens met een jongen Bali aan het ontdekken, wel lekker weer eens wat ouderwetse poep en plas humor. Morgen gaan we alweer splitten, kijken wat daarna gaat komen. :)
Het is hier wel heel mooi op Bali inderdaad, vandaag 6 uur op een scooter rond gereden, prachtigr sawa's gezien, verslag volgt later. Nu eerst op naar Gili Trawangan voor het duiken, dan ga ik een 5 daagse boat trip naar de Komodo eilanden doen, dan terug naar Gili Trawangan deze keer voor, inderdaad, het feesten, en dan helaas alweer op huis aan. :(
Thx Triqo, leuk om te weten dat de verhalen bevallen :D -
13 Juni 2011 - 14:06
Mitchell:
Had je dan niet de ballen om zelf naar beneden te klimmen? haha nee hoor
maar klinkt vet allemaal, op de rand van een vulkaan staan lijkt mij ook wel stoer!
Greetz,
je broertje
-
13 Juni 2011 - 14:06
Mitchell:
Naar beneden klimmen voor je vril bedoel ik dan he;) -
15 Juni 2011 - 15:24
Opa Heinz:
laurens ik geniet elke dag van je verslag
noch veel plaisir by je reis
gruesse opa -
16 Juni 2011 - 09:31
Jorn:
Thanks Laurens!
Veel plezier op de Komodo cruise en misschien komen we elkaar op de Gili's weer tegen!